BEN JIJ-MENS KWAAD OMDAT IK-GOD GOED BEN

Pastor W. Boerkamp O Carm

 

25-Door het jaar-A
Matteus 20,1-16
+website:
www.bewustchristen.nl -2008-spirituele overweging-w.boerkamp o.carm.-groen

Het gaat om Gods genade en niet om je eigen prestatie
Wie het eerst is, wie het eerst maalt.
Voor wat hoort wat en loon naar prestatie.
Dat vinden de meeste mensen rechtvaardig.
God denkt daar heel anders over en Hij gaat een heel eigen weg.
Bij Hem gaat voor iedereen gelijk en voor niets de zon op.
Uw gedachten zijn niet mijn gedachten (Jes.55,6-9)
In het Rijk der hemelen zijn alle mensen gelijkwaardig
en iedereen deelt op gelijke wijze in Gods genade.
Wij luisteren vandaag naar de parabel van de goede landeigenaar.
Iedereen krijgt hetzelfde loon, of je nu lang of kort hebt gewerkt.
Je wordt uiteindelijk gered door Gods genade, liefde en
barmhartigheid en niet door je eigen prestaties en goede werken.

De parabel van de arbeiders in de wijngaard
Het verhaal is ongehoord en verbijsterend.
Of je nu elf uur of een uur werkt, je krijgt hetzelfde loon,
net genoeg om met je gezin twee dagen van de leven.
Iedereen krijgt wat billijk is en de laatsten worden eersten.
De rijke landeigenaar Vader God stuurt Jezus zelf als rentmeester.
Je krijgt geen betaling naar wat je menselijker wijze gesproken
verdiend hebt, maar wat je bij God gezien toekomt
en zoals God met ons heeft afgesproken vanaf de schepping.
Alles heb je van God gekregen en je krijgt zoveel,
dat het onzin is om je druk te maken over verschillen.
Alle mensen worden door God gelijkwaardig behandeld.
en God is op een gelijke wijze goed voor iedereen.
Wij schrikken vaak als we horen dat alle mensen gelijk zijn.

Wij zijn op aarde gekomen om God te dienen
Dat doen wij niet voor niets te doen in tegenstelling tot wat Job zegt.
Het loont hier op aarde al om als mens in Gods wijngaard
te mogen schoffelen en vruchtbaar te mogen zijn.
En tegelijk loont het ook in de hemel, want de uitbeelding van God
en de Navolging van Jezus Christus heeft eeuwigheidwaarde.
Christus moet in ons verheerlijkt worden. (Fil. 1,20c-24,27a)
Het staat de Heer van de wijngaard van de wereld echter vrij
om met het zijne op zijn eigen wijze om te gaan.
Je moet je niet verbaasd zijn als zijn eigen rechtvaardigheid
ook nog door zijn goedheid wordt overtroffen:
Geef elke dagloner zijn dagelijks brood en onthoudt hem dat niet.

De werkers van het elfde uur
De laatsten worden het eerst uitbetaald.
Het is belangrijk dat de eersten dat heel goed zien,
want je krijgt bij God geen loon naar werken.
Niet wanneer je gekomen bent telt, maar dat je gekomen bent.
Of je Jezus nu als mens van het eerste uur nog gekend hebt of niet.
Iedereen deelt op gelijke wijze in de genade van God.
Mensenvriend, je hoeft dus niet zo boos te zijn omdat Ik goed ben.
Doe dus mee met het feest van Gods vrijgevige liefde.
Mensenvriend, ik doe je toch geen onrecht.
Of ben je boos omdat Ik goed ben?
Hoe kom je dan hier in de zaal zonder bruiloftskleed?
Waartoe ben je dan hier op aarde gekomen?
Om meer te ontvangen, omdat je alles hebt prijs gegeven?
Of wil je Mij ombrengen, want je oog is boos omdat Ik goed ben.
Ik heb je jullie mijn vrienden genoemd, maar jullie werden mijn vijanden.
Dat is toen met Jezus gebeurd, maar dat kan nu ook.
Kleingeestigheid kan ook nu een rol spelen bij mensen van het elfde uur.
Ook wij mogen net als Petrus ons loon verwachten, te zijner tijd,
maar vergis je niet met dat je het elfvoudig zou krijgen.

De laatsten zullen de eersten zijn
Alleen wie durft te sterven zal het leven winnen.
De rechtsorde in het Koninkrijk van God is anders dan die van ons.
Gods barmhartigheid en zijn mateloze liefde
strookt niet met onze menselijke berekening en prestatie.
Ieder mens en zijn talenten zijn heel verschillend van elkaar.
We zijn enkel gelijkwaardige broeders en zusters
We komen allemaal tegelijk over de eindstreep
en wel met de hoogste afgesproken prijs.
Bij God bestaat eigenlijk geen meer of minder,
geen hoger of lager, geen eerste en tweede, geen vroeger of later.
Het gaat er alleen om niet kwaad te worden als de ander goed is.
Je moet de zon kunnen zien schijnen in het water bij de ander.
Juist ook als het onrechtvaardig lijkt in jouw menselijke ogen.
Bij God gaat immers de zon op over goeden en kwaden
en nog wel voor niets ook.

Het leven is een en al genade en je hebt nergens recht op.
God zelf heeft ons immers uit liefde bedacht en geschapen
Je ontvangt elke moment en overal het leven uit Gods hand.
Wij mensen kunnen alleen maar reageren op Gods eerste liefde.
Wel staat elke moment van de dag God daar
als een landeigenaar op de uitkijk met zijn liefde te venten.
Laten wij dan nu de Heer zoeken nu Hij zich laat vinden
en Hem aanroepen juist nu Hij nabij is. Amen.