31-door het jaar-A
Mat. 23,1-12
+website:
www.bewustchristen.nl -spirituele overweging-w.boerkamp
o.carm.-groen
Handel naar je woorden en doe wat je zegt
Ze doen niet wat ze zeggen,
Ze leggen anderen ondragelijke lasten op als fanatici
en ze willen door de mensen gezien worden, Wee u!
Kortom, die Farizeeën en Schriftgeleerden zijn huichelaars.
Ze hebben geen liefde en respect en ze zijn zelf niet arm
van geest.
Het zijn vandaag maar liefst drie beschuldigingen van Jezus.
In ons dagelijks leven herkennen wij dit gegeven ook maar
al te goed en niet alleen bij anderen en bij ambtenaren in
de kerk,
maar we moeten het vooral ook zoeken bij ons zelf.
Doe ik zelf wel wat ik zeg? Welke druk leg ik de ander op?
Wil ik zelf ook niet graag gezien worden door de ander?
Huichelarij, daar heeft Jezus nog het meeste hekel aan.
Geef gehoor aan Jezus Christus en maak je tot zijn knecht.
Doe dat vanuit een zuiver hart en een goed geweten.
Leg je prioriteit in de ander en in God
en wees niet onderhorig aan de wetten van deze wereld.
Heb aandacht voor God en/in mensen, als broer en zus van
elkaar.
We zitten in dezelfde klas en er zijn geen standen in de
kerk.
We zijn allemaal leerling in hetzelfde Joods-Christelijk
Leerhuis.
We zijn allemaal zoekers naar eenzelfde God die ons gemaakt
heeft.
We zoeken allemaal ons heil in God en in de H.Geest.
Zoek dan het centrum niet op de eerste plaats in je zelf
en leef niet alsof je jezelf hebt bedacht en gemaakt.
Er is iemand die wij God noemen, Jezus noemt Hem: Abba,Vader.
Het gaat om de glorie van zijn naam en je mag mensen niet
naar de ogen zien, zegt de eerste lezing.(Mal.1,14b-2,
2b.8-10)
Er zijn leermeesters die Gods wegen niet bewandelen.
Wees liever een onbaatzuchtige leraar van Gods Woord, dat
meer is
dan enkel woord van mensen en dat werkzaam blijft in jezelf,
zegt Paulus vandaag in de tweede lezing (Tess.2,7b-9.13)
In de prediking moet transparant worden dat je je eigen
leven schenkt,
want je hebt maar een Vader, de hemelse en een Leraar de
Christus.
Die Heilige Geestkracht van Jezus moet over mij vaardig
worden.
Die H.Geest leert ons het geheim van Gods bevrijdende liefde
in onderlinge verhoudingen smaken, ook al ben je Christen.
Je bent niet de eerste in het gevolg van Jezus Christus
en je bent en je blijft levenslang leerling en pelgrim.
Leg je prioriteit in de ander en in God.
De kerk is geen piramide en het najagen van een carrière.
Er is geen sprake van boven en onder of van top en basis.
Er zijn geen standen in de kerk en ook met het begrippenpaar
van links en rechts en van progressief en conservatief
kunnen wij niets in de kerk. Dat is gelukkig allemaal
voorbij.
Ook woorden als binnenkerkelijk, buitenkerkelijk
of zelfs randkerkelijk zijn niet van toepassing op de kerk.
In onze tijd spreken wij veel meer van een kerk,
die zich beweegt in concentrische cirkels naar het lege
midden toe:
middelpunt-zoekend en tegelijk middelpunt-vliedend.
En naast het zoeken van een meerderhheids-standpunt
en de dictatuur van koppen tellen is er in de kerk
ook nog sprake van een zogenoemde diepte-democratie,
waarin het niet gaat het om het grootste maar om het
verstandigste deel.
In de tijd voelen wij ons immers ook verbonden met alle
mensen,
die voor ons hebben geleefd in het voetspoor van Jezus
Christus.
En tegelijk voelen wij ons immers verbonden met allen
die over de hele wereld met ons als Gods volk meelopen.
Laat niemand zich daarbij Vader, Meester of Heer noemen.
Wie baas wil zijn moet dienaar (=minister) van allen wezen
en als het ware andermans voeten willen wassen, zegt Jezus.
Wie de grootste wil zijn moet dienaar van allen wezen
Op de leerstoel van Moses zitten nu ook mensen die een ambt
bekleden in de kerk en daar is in wezen niets mis mee:
Paus, kardinalen, bisschoppen en priesters, diakens en
pastorale
werkers (–sters), maar ook in de maatschappij zijn er mensen,
die met gezag zijn bekleed en in het gezin zijn het de
ouders.
Mensen moeten op de eerste plaats een pastor zijn van/voor
elkaar.
Jezus heeft ons juist een nieuwe manier van denken gebracht.
We moeten niet denken in termen van geestelijke stand,
van macht en aanzien, van prestige, verdiensten en van
titels.
We zijn immers allen geestelijken van eenzelfde volk
van priesters, koningen en profeten krachtens ons doopsel.
De grootste onder u moet dienaar van allen wezen.
De mensenzoon is juist gekomen om te dienen.
Wie zichzelf vernedert zal verheven worden.
Daarmee hebben wij het zelf als kerk ook altijd moeilijk
gehad.
Sinds de kerk een staatskerk werd in de vierde eeuw
groeiden er ook standen en klassen in de kerk en wilde
iedere ambtenaar in de kerk een beetje groter lijken dan hij
was.
Dat zag je ook in verschillende kleding en verschillende
kleuren
Maar het mooiste kleed, dat een pastor draagt is bij
voorbeeld
of hij zich bekommert om mensen in nood.
We moeten immers een dienende kerk zijn.
Een kerk die niet dient, dient tot niets, zei een bisschop
eens.
Wij erkennen God als Leraar als we elkaar als leerlingen
blijven zien.
We erkennen God als onze Meester door elkaar als broer
en zus te blijven zien.En tenslotte erkennen wij God als
Vader
van ons allen, als we elkaar blijven zien als zoekers naar
God.
Juist het verschil inspireert ons naar God toe
als onze Meester, Vader en Leidsman. Amen.
|
|