4-van pasen-C
+website-
www.bewustchristen.nl -2013-spirituele
overweging-w.boerkamp o.carm.-paars
God roept ons op de eerste plaats samen-tot-kerk.
Het is de verrezen Heer, die steeds meer mensen
bijeenbrengt.
Tegelijk wordt ieder mens ook persoonlijk geroepen.
Bij het woord roeping denk ik op de eerste plaats aan
roeping
tot huwelijk, religieus leven, priesterschap en diaken,
geestelijk begeleider
Sinds het Tweede Vaticaans Concilie kennen wij geen hoog
en geen laag meer in de kerk en er zijn ook geen rangen en
standen meer in de kerk.
Er is maar een evangelie voor alle mensen en we hebben geen
dubbele moraal:
een voor de geestelijkheid en een voor de gewone mensen.
Samen staan wij als het mysterieuze Volk van God voor het
Gelaat van God.
Ieder mens wordt persoonlijk door God in het leven geroepen
Ieder mens is persoonlijk gewild en gewenst door God
God heeft ons het eerst heeft liefgehad en wel als
als enig, uniek en onherhaalbaar en als kind van God.
We zijn er niet zomaar, ook niet alleen omdat onze ouders
dit wilden.
Onze ouders konden alleen maar verlangen naar ‘n kind,
maar ze konden niet verlangen naar mij, een unieke persoon,
zoals er geen tweede is geweest of nog zal komen.
God heeft mij in mijn unieke eigenheid gewild.
Dat roept de vraag op: Welke bedoeling heeft God met mij?
Je wordt geroepen: Kom en volg in mijn voetspoor.
Jezus heeft ons de scheppende God het meest duidelijk doen
kennen:
“Wie Mij ziet, ziet de Vader, zegt Hij” (Joh.13,9)
Hij maakt God: “ Onze gemeenschappelijke Vader die in de
hemel zijt”
en daardoor maakt hij ons tot kinderen van God.
En dus tegelijk broeders en zusters van elkaar met de status
van “Kind van God”.
Zoals God de Vader mij kent, zo ken ik Hem.
Leef dan vanuit die wederkerige relatie met God, net als ik,
zegt Jezus.
Kom en volg mij in mijn voetspoor.
De eerste leerlingen krijgen een tweevoudige roeping:
Eerst leren ze om bij Jezus te zijn
en samen een gemeenschap te vormen van de twaalf apostelen.
Daarnaast worden ze geroepen om door Hem uitgezonden te
worden:
“zoals de Vader Mij gezonden heeft, zo zend Ik
Jullie”.(Marcus3,13-19).
Na de Jezus ‘verrijzenis blijven de leerlingen samenkomen.
Ze delen alles wat ze hebben en zijn met elkaar.
De eerste christenen komen samen om te leren van de
apostelen,
samen te bidden en voor het breken van het brood in de
eucharistie.
Zo voelen ze zich a.h.w. “een hart en een ziel”.
(Hand.2,42-47)
Daarnaast worden ze uitgezonden:
“Ga en maak alle volkeren tot mijn leerlingen” (Mat.28,19)
Die tweevoudige roeping krijgt iedere Christen nog steeds:
De verrezen Heer roept ons samen om gemeenschap te zijn in
Hem:
Om Gods Woord te lezen, vieren en te beleven
en het leven met elkaar te delen in eensgezindheid.
Dat begint al bij de oerliefde van man en vrouw,
die zich geroepen weten een gezin te stichten:
de kleinste cel van de kerk in het klein,
om samen een huis van geheimen te vormen,
een leerhuis, een vierhuis en een diensthuis.
Geroepen om open huis te worden voor anderen
en om aanstekelijk te werken kan zo’n gezin uitgroeien
tot een kleine kerkgemeenschap voor de buurt.
We worden dus geroepen om geloofsgemeenschap te zijn
en tegelijk om missionair te zijn.
Tevens is het een persoonlijke roeping
In het Doopsel wordt ons levensbootje toegerust
en ontvangen wij een drievoudige roeping:
om als priester elke dag je persoonlijk leven op te dragen
aan God,
om als een koning te zorgen dat iedereen tot zijn of haar
recht komt
en om als een profeet op tijd je mond open te doen als dat
nodig is.
In het Vormsel krijgen wij het leven als een gave en opgave
Dan worden wij ieder persoonlijk bij onze naam geroepen
tot een leven als gehuwde of ongehuwde omwille van het rijk
Gods.
Tegelijk worden wij geroepen om in het basissacrament
van broederschap en zusterschap een herder te zijn voor
elkaar,
zodat niemand verloren loopt in die nieuwe maatschappij
die God op het oog heeft.
We worden ook geroepen
tot dienst in de plaatselijke geloofsgemeenschap
in velerlei vormen van vrijwilligerswerk in kerk en
samenleving
of als priester, diaken en pastoraal werker.
Je wordt niet
alleen van binnenuit door God geroepen,
maar ook via de gemeenschap of via medegelovigen,
die een beroep op je doen.
Daarbij mogen we elkaar ook actief roepen en uitdagen,
om de roepstem van de Heer te verstaan.
Dan gaat het niet alleen meer om wat ik leuk vind,
maar om de vraag welk beroep er op mij wordt gedaan?
Horen en om je heen zien
Roeping is niet alleen iets uit het verleden,
maar het gebeurt hier en nu: Elke dag roept de Heer:
Hoor, Israël, Luistert heden naar Gods stem ( psalm .95)
Zo geldt ook voor ons elke dag: luister goed, je wordt
geroepen.